Zoek uw auto op kenteken of Model.

Selecteer uw motor

Categorieën

Handige Links

10% korting op bougies voor motorfietsen

NGK Bobines

Bobines: Onderhoud & Diagnose

ONDERHOUD:

Net als bij veel andere componenten van een auto is er ook bij bobines sprake van een zekere mate van slijtage.
De levensduur bedraagt in de regel 60.000 - 80.000 km, maar een groot aantal verschillende factoren kan leiden tot een kortere levensduur. Deze factoren moeten voor het vervangen van een bobine worden gecontroleerd.

Defecte bobines

Inwendige kortsluiting leidt tot oververhitting
In het algemeen kan gezegd worden: naarmate een bobine ouder wordt, neemt de kans op oververhitting als gevolg van inwendige kortsluiting toe. Bij temperaturen hoger dan 150°C treedt onherstelbare schade aan de bobine op. Maar: een groot aantal oververhittingsschades is het gevolg van een defecte ontstekingsmodule in het stuurapparaat.
 

 

 

 
Onjuiste voedingsspanning
Een beschadigde bougiekabel of een te lage accuspanning kan resulteren in een ontoereikende voedingsspanning en hiermee in een langere laadtijd van de bobine. Dit heeft tot gevolg dat de ontstekingsmodule beschadigd kan raken - wat op zijn beurt weer kan leiden tot een defecte bobine.
 

 

 


Mechanische beschadigingen
Ook bobines kunnen beschadigd worden door marterbeten. Een andere mechanische beschadiging kan een beschadigde isolatie zijn, die bijvoorbeeld veroorzaakt kan worden door olielekkage - bijvoorbeeld als gevolg van een lekke klepdekselpakking.
 

 


Contactproblemen
Als het bobinehuis beschadigd is en er vocht terechtkomt bij de primaire en secundaire wikkelingen, kan er een overgangsweerstand ontstaan.
Dit kan problemen veroorzaken bij gebruik van de ruitensproeiers, bij hevige regenval of bij het schoonspuiten van de motor. In de winter kan ook pekel de oorzaak zijn.
 

 

 


Thermische problemen
Vooral staafbobines worden aan extreem hoge temperaturen blootgesteld.
Ook dit kan leiden tot een kortere levensduur van de bobine.
 

 

 


Trillingen
Vooral bij staafbobines kunnen trillingen in de cilinderkop leiden tot een breuk in de wikkelingen.

DIAGNOSE:

Als de motor niet aanslaat, de motor hoorbaar overslaat of de auto aanzienlijk slechter accelereert, kan er sprake zijn van een defecte bobine, bougiekabel of bougie. Dat gaat ook op als het motorcontrolelampje gaat branden, het motormanagement in de failsafestand (limpmode) gaat of een storingscode wordt weergegeven. In alle gevallen geldt: Verdere diagnose is nodig.

Diagnose op bobines

1. Visuele controle


Een opgeslagen storingscode die wijst op een storing in het ontstekingssysteem, kan zijn oorzaak hebben in een systeem overschrijdend probleem. Voordat de bobines
gecontroleerd worden, moet eerst een visuele controle van het ontstekingssysteem worden uitgevoerd.

> Zijn er mechanische beschadigingen of haarscheurtjes te zien?
> Zijn de elektrische bedrading en stekkers onbeschadigd, niet gecorrodeerd en niet geknikt?
> Is de accuspanning hoog genoeg?
> Dichten alle kleppen goed af?

Als deze mogelijke oorzaken uitgesloten zijn, wordt het tijd om de weerstand te meten met een ohmmeter of multimeter.

Als richtwaarden kunnen gehanteerd worden.
 
 
Transistorontsteking:
-----------------------------------
>Primair: 0,5 - 2,0 Ω
>Secundair: 8,0 kΩ - 19,0 kΩ
 
 
Bij elektronische ontstekingssystemen
met kenveldontsteking:
-----------------------------------
>Primair: 0,5 - 2,0 Ω
>Secundair: 8,0 kΩ - 19,0 kΩ
 
 
Bij volelektronische ontstekingssystemen met
enkelvonk- of dubbelvonkontsteking:
-----------------------------------
> Primair: 0,3 - 1,0 Ω
> Secundair: 8,0 kΩ - 15,0 kΩ
 

2. Weerstandsmeting met ohmmeter


Bij conventionele bobines voor transistorontstekingen en elektronische ontstekingssystemen met kenveldontsteking kan in gedemonteerde toestand de weerstand van de primaire en secundaire wikkeling worden gemeten. Voor het meten van de weerstand van de primaire wikkeling worden de testpennen van de multimeter aangesloten op PEN 1 en PEN 2.
De weerstand van de secundaire wikkeling wordt op de hoogspanningsaansluiting gemeten.

Praktijktip:

Raadpleeg bij de controle ook altijd de aanwijzingen van de automobielfabrikant - bij bepaalde voertuigen kan er sprake zijn van afwijkende specificaties/procedures.


Bij de montage van bobines moeten de aanwijzingen van de fabrikant exact worden opgevolgd. Anders bestaat er kans op vervolgschade. Voor sommige auto‘s moet bij de montage van bobines speciaalgereedschap worden gebruikt