VOOR EEN GOED AFGESTELDE MOTOR VAN DEZE WEBSITE, MAKEN WIJ GEBRUIK VAN COOKIES.
Deze website bevat Affiliate-links. Als je via deze links iets koopt ontvangen wij daar een kleine commissie over. De prijs die u betaalt verandert niet. Op deze manier kunnen wij onze website onderhouden zonder afleidende reclames te tonen.
ONDERHOUD:
Net als bij veel andere componenten van een auto is er ook bij bobines sprake van een zekere mate van slijtage.
De levensduur bedraagt in de regel 60.000 - 80.000 km, maar een groot aantal verschillende factoren kan leiden tot een kortere levensduur. Deze factoren moeten voor het vervangen van een bobine worden gecontroleerd.
Inwendige kortsluiting leidt tot oververhitting
| |
DIAGNOSE:
Als de motor niet aanslaat, de motor hoorbaar overslaat of de auto aanzienlijk slechter accelereert, kan er sprake zijn van een defecte bobine, bougiekabel of bougie. Dat gaat ook op als het motorcontrolelampje gaat branden, het motormanagement in de failsafestand (limpmode) gaat of een storingscode wordt weergegeven. In alle gevallen geldt: Verdere diagnose is nodig.
1. Visuele controle
| Als richtwaarden kunnen gehanteerd worden. Transistorontsteking: ----------------------------------- >Primair: 0,5 - 2,0 Ω >Secundair: 8,0 kΩ - 19,0 kΩ Bij elektronische ontstekingssystemen met kenveldontsteking: ----------------------------------- >Primair: 0,5 - 2,0 Ω >Secundair: 8,0 kΩ - 19,0 kΩ Bij volelektronische ontstekingssystemen met enkelvonk- of dubbelvonkontsteking: ----------------------------------- > Primair: 0,3 - 1,0 Ω > Secundair: 8,0 kΩ - 15,0 kΩ |
2. Weerstandsmeting met ohmmeter
| Praktijktip:
|